Clostridium difficile
Adviezen
Prioriteit | Medicatie | Opmerking |
---|---|---|
Medicatie: vancomycine po 250mg 4dd 10 dagen |
Opmerking:
Eerste ongecompliceerde CDI bij niet-ambulante patiënt. Ook effectief bij kwetsbare patiënten |
|
Medicatie: fidaxomicine po 200mg 2dd 10 dagen |
Opmerking:
Overweeg bij kwetsbare patient* (zie onder) of bij gelijktijdig gebruik van andere antibiotica die niet gestaakt kunnen worden |
|
Medicatie: metronidazol po 500mg 3dd 10 dagen |
Opmerking:
Alleen ambulante, niet-kwetsbare patiënt |
Prioriteit | Medicatie | Opmerking |
---|---|---|
Medicatie: vancomycine po 250mg 4dd 10 dagen |
||
Medicatie: vancomycine 250/500mg 4dd 10 dagen |
Opmerking:
Als orale behandeling niet mogelijk is: vancomycine infuusvloeistof per duodenumsonde (250 mg) en/of clysma (500 mg) |
|
Medicatie: metronidazol iv 500mg 3dd |
Opmerking:
Wanneer het onzeker is of oraal gegeven therapie het colon kan bereiken, bijvoorbeeld bij ileus |
Bronnen
Antimicrobiële middelen
De volgende antimicrobiele middelen zijn verwerkt in deze adviezen:
- vancomycine
- fidaxomicine
- metronidazol
Externe referenties
Categorie
Metadata
Swab vid: G-499652.2
Bijgewerkt: 04/04/2024 - 16:02
Status: Published
Algemene opmerkingen
Stop indien mogelijk voorafgaande antibiotische behandeling en isoleer patiënt.
Fidaxomicine lijkt even effectief als vancomycine, maar is zeer kostbaar. Fidaxomicine lijkt een lagere recidiefkans te geven dan vancomycine, alhoewel uit de literatuur niet duidelijk is of dit klinisch relevante recidieven betreft.
* Kwetsbare patiëntengroepen waarvoor een recidief CDI ernstig ziekmakende of anderszins ontwrichtende consequenties kan hebben:
1. Patiënten die een intensief medisch traject doorlopen (b.v. hemodialyse, (geplande) chemotherapie).
2. Immuungecompromitteerde personen.
Bij ernstige, ernstig-gecompliceerde, of therapie-refractaire CDI: consulteer de chirurg in een vroeg stadium. Zie verder SWAB richtlijn.
Ernstige CDI: Een infectie wordt als ‘ernstige CDI’ bestempeld als er naast diarree ook systemische verschijnselen optreden. Deze verschijnselen kunnen bestaan uit: koorts (kernlichaamstemperatuur >38°C), significante leukocytose (>15 × 109/l), en een stijging van het serum creatinine (>50% boven de uitgangswaarde). Andere tekenen van ernstige CDI zijn: uitzetting van de dikke darm bij beeldvormend onderzoek, peri-colonische vetinfiltratie, en wandverdikking van het colon.
Ernstig-gecompliceerde of fulminante CDI: Deze ziektetoestand wordt gedefinieerd door de aanwezigheid van één van de volgende tekenen van ziekte die aan CDI moeten kunnen worden toegeschreven: hypotensie, septische shock, een verhoogde serum lactaatconcentratie, ileus, toxisch megacolon, darmperforatie of een snelle verslechtering van de patiënt (fulminant beloop).
Therapie-refractaire CDI: Ernstige of ernstig-gecompliceerde CDI die na 3-5 dagen van geadviseerde anti-CDI antibiotische therapie klinisch niet verbetert.
Voor adviezen m.b.t. eventuele faecestransplantatie en beleid rondom chirurgie zie SWAB richtlijn Acute diarree.